Ik woon op ongeveer 65m2 en dat is meer dan ik nodig heb. Sterker nog: onderdeel van mijn plan voor financiële onafhankelijkheid is dat ik desnoods verhuis naar een appartement van 45 à 50m2.
Vooral mensen met veel meer geld dan ik, of mensen die nooit in een grote dure stad hebben gewoond, trekken dan weleens een gezicht dat zegt: ‘Jij liever dan ik’. Anderen wonen samen op 50m2 en zijn vooral jaloers dat ik zo’n groot appartement voor mezelf heb. Ik ken zelfs gezinnen met twee kinderen die veel minder ruimte hebben dan ik.
Dat lijkt mij wel pittig, want met kinderen komen ook heel veel spullen je huis binnen. En een la onder je bedstee schijnt geen geaccepteerde slaapplaats meer te zijn voor een peuter… Er mag ook niks meer tegenwoordig. Maar 50m2 zou mij prima lukken als ik nog wat selectiever zou zijn met mijn spullen. Ook al heb ik de laatste jaren behoorlijk opgeruimd en weggegooid, het zou nog steeds beter kunnen. En dat is een heel fijne gedachte.
In de beperking ligt het geluk. Ik dacht trouwens dat dat een bestaand gezegde was, maar dat is niet zo. Ik was waarschijnlijk in de war met ‘In de beperking toont zich de meester’, maar dat gaat hier niet op want ik ben nergens een meester in. Maar dankzij de beperking van een huis met een limiet aan bergruimte, heb ik een lekker overzichtelijk leven. Het lijkt wel of bij meer ruimte, onvermijdelijk meer rotzooi hoort. Onlangs bleef ik logeren bij mensen op hun enorme zolderkamer, en ik weet heel zeker dat ze de alles dat daar ligt, al jaren niet aangeraakt hebben, en nooit meer nodig zullen hebben. Ik zou me zwaarder voelen met zoveel spullen. Ik zou me zelfs zwaarder voelen met dat grote huis. Dat voelt als te veel bezit. Wat moet ik met al die muren en vloeren en dat veel te grote dak? En waar moet ik al die lege ruimte mee vullen?

Een kleiner huis is het leukst, vind ik. En het is financieel ook veel voordeliger. Ik noem even wat besparingen:
- Uiteraard kost een kleiner huis minder, dus lage hypotheek, maar ook lagere gemeentebelastingen.
- Ik betaal van al mijn buren de minste servicekosten – ik heb het kleinste appartement van het pand. Het scheelt vele tientallen euro’s per maand.
- Een klein aantal vierkante meters betekent ook minder uitgaven aan een houten vloer, muurverf en behang.
- Minder tegels in de badkamer of de keuken – wat ook weer betekent dat ik binnenkort een restpartijtje voor mijn keuken op de kop ga tikken op Marktplaats, omdat ik maar weinig nodig heb.
- Je hebt minder meubels nodig.
- Minder kosten voor energie, want minder huis te verwarmen.
- Ik heb zonnepanelen maar omdat mijn energierekening zo laag is, had ik er maar vier nodig, destijds in 2015. Met de huidige veel efficiëntere panelen zouden dat er nog minder zijn.
- In de toekomst wil ik graag een thuisbatterij, en ook die kan veel kleiner zijn dan gebruikelijk. Die dingen zijn nu nog niet voordelig, maar ik denk dat dat kan veranderen in de toekomst – en een backup is ook fijn als het stroomnet kuren gaat vertonen.
- Over alles wat je je huis binnenlaat aan meubels en spullen, ben je selectief, en ikzelf probeer dan ook meteen te letten op de kwaliteit. Je kunt je goede spullen veroorloven, want je hebt maar weinig nodig.
- De schoonmaakster is met twee uurtjes klaar en heeft in die tijd ook nog mijn bed verschoond.
Ruimte die je niet nodig hebt, kost per definitie te veel. Ik moet in dit verband altijd denken aan realityseries van beroemde mensen. Ooit keek ik er veel naar, toen de realityserie van het moment ‘The Osbournes’ was, over het gezin van Ozzy Osbourne, metal-muzikant. Het werd uitgezonden op MTV tussen 2002 en 2005. Nu zijn de Osbournes vervangen door Kardashians en allerlei Housewives of Weetikwaar. Daar heb ik nog nooit een aflevering van gezien, maar ik durf te wedden dat daar hetzelfde gebeurt. Let maar eens op: hoe groot het huis van de betreffende rijke beroemdheid ook is, iedereen zit altijd in de zithoek in de woonkeuken.
Er is ook een woonkamer, een bibliotheek, een tv-kamer, een thuisbioscoop met tien of twintig stoelen, een eetkamer, en zo nog wat ruimtes, maar die gebruikt niemand. Er is een grote keuken met zithoek en een TV, en daar hangt iedereen rond. Waarschijnlijk staan in die keuken achter die vele kastdeurtjes ook voornamelijk spullen die niemand gebruikt.
Waarom heeft de beroemdheid al die nutteloze kamers? Omdat het erbij hoort. Je bent rijk en beroemd dus je hebt een groot huis. En ook wij, mindere goden, trappen daarin. We willen zo groot mogelijk, want groter is beter. Maar je kunt ook andersom denken en je afvragen: hoe klein kan het zijn? Hoe klein kan ik gaan, op zo’n manier dat ik niet in mijn leven beknot word, maar ook geen overbodige ruimte heb en geen overbodige rotzooi gaat verzamelen? En hoeveel beter wordt mijn leven dan, met meer ademruimte in mijn budget? Met meer vrijheid om te ontsnappen aan een gouden kooi van een hoog salaris, omdat ik dat niet meer nodig heb? Of misschien wel met de vrijheid om tien jaar eerder te stoppen met werken?
In mijn geval kan het kleiner. Dan zou ik ook afscheid moeten nemen van dit fijne pand waar verder alles perfect is, en daarom doe ik het niet, maar misschien komt het er ooit van, als ik iets kleins en moois tegenkom. Het zou me in ieder geval heel veel geld opleveren.

Ook Ozzy Osbourne zou het eens kunnen overwegen. Ik herinner mij een aflevering van de tv-serie waarin hij, toen al oud en versleten, klaagde dat zijn gezin zo veel geld uitgaf. “I will be on tour forever,” mompelde hij, moeizaam de trap op sloffend, in een huis dat tientallen miljoenen kostte en dat hij nog niet voor de helft gebruikte.
Leave a Reply to Ikkelien Cancel reply