Beleggen is meestal iets wat mensen doen die veel geld verdienen, hoogopgeleid zijn, en een kantoorbaan hebben. Leuk voor ze, maar dat zijn mensen die zich toch wel redden. Bouwvakkers en mensen in de thuiszorg, die moeten beleggen!
Stel. Je bent 25 en stukadoor. Weet je wat? We noemen je Karel. Anders dan die andere Karel begin je geen (gold)band en blijf je stucen. Mooi vak. Je verdiende net na je opleiding, zeven jaar geleden, ongeveer €2200 bruto. Dat is een prima startsalaris. Bovendien was je net 18 en je woonde nog bij je ouders. Na een paar jaar heb je een paar keer loonsverhoging gekregen, want stucadoors groeien niet aan de bomen tegenwoordig. Je bent 25 en verdient nu €2600 bruto. Je woonde samen maar je relatie is uit, dus je beste vriend en collega is nu je huisgenoot in je huurhuis in Amersfoort voor €850 per persoon. Je denkt weleens aan ZZP’er worden, of een bedrijf beginnen met je huisgenoot.
Je hebt ook nog een irritant klein zusje van 23. Die heet Merel en zit heel anders in elkaar dan jij. Ze is naar het VWO gegaan, en nu is ze bijna klaar met haar studie psychologie in Utrecht. Duurt allemaal eindeloos en dan kun je nog steeds niks zinnigs, maar dat moet zij weten. Ze heeft al die tijd op een houtje gebeten op haar studentenkamer en ze heeft een studieschuld van €21.000. Wat ze straks wil gaan doen, weet ze nog niet precies, misschien iets met social media bij een groot bedrijf. Daar zal ze dan ongeveer €2300 per maand mee verdienen, en ze moet haar studieschuld nog aflossen. Ze wil zoals de meeste studenten graag in Utrecht blijven wonen en daar is wonen duur: ze betaalt met haar twee huisgenotes hetzelfde als jij voor veel minder vierkante meters, en dan heeft ze nog geluk.
Met andere woorden, jij hebt al jaren een voorsprong. Je verdient meer, en als je je kosten in die tijd ook laag hebt weten te houden, had je best een bak geld over.
Maar die voorsprong hou je niet. Het salaris van een academisch geschoold iemand start lager, maar loopt snel op. Jij hebt het ook niet slecht, je hebt eerder te veel werk dan te weinig, maar ergens op je 40ste zul je waarschijnlijk de strakke witte muurtjes wel een beetje zat worden, en tegen die tijd is het waarschijnlijk dat je last krijgt van dingen als je schouder of je rug. En je salaris zal niet heel veel verder stijgen.
Wat zou je moeten doen met dat extra geld aan het begin van je carrière? Je raadt het nooit: je moet gaan beleggen! Vanaf je 18de maandelijks inleggen in een saai indexfonds dat gemiddeld 7% per jaar groeit. Hoeveel moet je inleggen? Dat ligt aan jezelf. Stel dat je het hield op €200 per maand, en dat liet je elk jaar wat groeien met de inflatie. Dan was het in die 20 jaar gegroeid tot €137.178. Dat zou een leuke spaarpot zijn. Stel dat je nog vijf jaar doorspaart, dan heb je €197.366.
Als je het nog serieuzer had aangepakt en elke maand €400 had gespaard en belegd, had je na 20 jaar €242.479. En dan ben je nog maar 38! Vijf jaar extra wordt €370.909.
Het zijn maar wat voorbeelden. Mijn punt is: dat was je irritante zusje nooit gelukt, met haar goeie opleiding en haar hoge salaris. Tegen de tijd dat ze eindelijk wat geld overhoudt, is ze al zeker dertig. Wat jij voor hebt op hoogopgeleiden, is tijd. Je verdient relatief veel aan het begin van je carriere, en als je daar gebruik van maakt, kun je heel veel. En tijd is de voornaamste troef als je gaat beleggen. Je kunt relatief weinig geld in 20 of 25 jaar laten doorpruttelen en dat is een luxe die veel beleggers niet hebben. Die zijn al, ik noem maar wat, 45 voor ze op het idee kwamen.
Mijn tweede punt is: jij hebt die beleggingen bovendien ook eerder nodig dan je kleine zusje. Jij doet fysiek zwaar werk. Na een paar decennia krijg je last van vooral je schouders. Als je op je 40ste een paar ton hebt als buffer, kun je die heel goed gebruiken.
Je hebt bijvoorbeeld genoeg om (veel) minder te gaan werken, een bedrijf te beginnen, of huisvader te worden met je vrouw als kostwinner en met je spaargeld voor de grote uitgaven. Of je begint aan een nieuw vak en vangt de tijdelijke terugval in salaris op met je beleggingspotje.
Of je pakt het nog beter aan en gaat voor een pensioen op je 50ste. Dat is helemaal niet onhaalbaar. We houden voor het gemak de 4%-regel aan. Dat is het principe dat je – ongeveer- van je spaargeld kunt leven als je het belegd hebt op een passief breed indexfonds en per jaar maximaal 4% gebruikt om van te leven. Als je per maand 2000 nodig hebt (je partner heeft ook inkomen) dan is er 24.000 per jaar nodig. Als die €24.000 maximaal 4% van je vermogen mag zijn, moet je vermogen minimaal €600.000 zijn. Niet niks. Maar het kan wel. Begin op je 18e en leg tot je 50ste elke maand €400 in, dan ben je er al.
Over die 4%-regel wordt een hoop gezegd dat we nu even overslaan. En er valt nog veel meer belangrijks te zeggen over beleggen. Je moet het op de goede manier doen en niet vallen voor oplichters die je bitcoin proberen aan te smeren of erger. Daar moet je je wel even over inlezen. Belangrijkste is: jij hebt eerder geld dan veel anderen, je wil waarschijnlijk eerder stoppen met werken dan veel anderen, en daarmee ben je de ideale kandidaat om te beleggen.
Meer lezen
En nu? Zoals gezegd, inlezen. Als je belegt op de verkeerde manier, heb je na 30 jaar in plaats van een half miljoen, helemaal niets. Kijk in ieder geval hier:
- Waarin ik zelf investeer en hoe precies met links naar meer info
- Beleggen: je hebt geen cursus nodig ook met links naar meer info
- Alle afleveringen in deze serie over mensen die niet beleggen maar het wel zouden moeten doen.
En meer over mij:
- Wie is mevrouw Hoefnix?
- Mijn plan met mijn eigen beleggingen
- Mijn eerste jaar in beleggen
- Waarom ik binnen tien jaar wil stoppen met werken
Deze serie gaat nog een tijdje door. Volgend weekend de volgende groep die zou moeten beleggen maar het meestal niet doet. Woensdag eerst een post over iets anders.
Volgen? Twee opties:
Leave a Reply